Fiat 500 1.3 Multijet – MOTORMANAGEMENT DIESELMOTOREN – – DPF – ELEKTRISCH SCHEMA, OPSTELLING COMPONENTEN, BESCHRIJVING VAN DE WERKING – ELEKTRISCH SCHEMA, OPSTELLING COMPONENTEN, BESCHRIJVING VAN DE WERKING

ELEKTRISCH SCHEMA - MOTORMANAGEMENT DIESELMOTOREN - Fiat 500 1.3 Multijet

MOTORMANAGEMENT DIESELMOTOREN - ELEKTRISCH SCHEMA Fiat 500 1.3 Multijet

Obțineți acces la toate schemele de cablare auto

COMPONENTEN - MOTORMANAGEMENT DIESELMOTOREN - Fiat 500 1.3 Multijet

Code van component	Omschrijving	Zie bewerking
A001	ACCU
A040	VOORGLOEIBOUGIES
B001	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST
C010	MASSA-AANSLUITING LINKSVOOR	-
C015	MASSA OP DASHBOARD BESTUURDERSZIJDE	-
C030	MASSA-AANSLUITING LINKSACHTER	-
C060	MASSA INSPUITREGELEENHEID	-
D004	STEKKER VOOR / MOTOR	-
D006	STEKKER VOOR / ACHTER	-
E050	INSTRUMENTENPANEEL
H001	START-/CONTACTSLOT
I020	SCHAKELAAR VOOR ACHTERUITRIJLICHTEN
I030	REMPEDAALSCHAKELAAR
I031	KOPPELINGSPEDAALSCHAKELAAR
K030	SENSOR (ONDERBREKER) VOOR MOTOROLIEDRUK
K036	KOELVLOEISTOFTEMPERATUURSENSOR/-ZENDER
K041	LUCHTKWANTUMMETER
K046	TOERENTALSENSOR
K047	FASESENSOR
K055	GASPEDAALSENSOR
K082	TURBODRUKSENSOR
K083	BRANDSTOFDRUKSENSOR
K101	BRANDSTOFTEMPERATUUR- EN WATERDETECTIESENSOR IN BRANDSTOFFILTER
L030	EGR-MAGNEETKLEP
L037	MAGNEETKLEP VOOR WASTE-GATE	-
M001	BODY COMPUTER
M010	INSPUITREGELEENHEID
M015	VOORGLOEIREGELEENHEID
N040	ELEKTRISCHE BRANDSTOFPOMP EN TANKVLOTTER
N070	ELEKTRO-INSPUITVENTIEL
N077	BRANDSTOFDRUKREGELAAR

BESCHRIJVING - MOTORMANAGEMENT DIESELMOTOREN - Fiat 500 1.3 Multijet

Een elektronisch systeem bewaakt en regelt alle parameters van de motor voor optimale prestaties en een laag verbruik door snel te reageren op de verschillende bedrijfsomstandigheden.De dieselmotor is uitgerust met "COMMON RAIL" dieselinspuiting.Bij dit systeem wordt de inspuiting onder zeer hoge druk elektronisch geregeld. De brandstof wordt m.b.v. een gestuurde inspuiting verneveld, waarbij het inspuitventiel door een elektronische regeleenheid in plaats van door de inspuitpomp wordt geopend.Het "COMMON RAIL" inspuitsysteem - in deze uitvoering voor 4 kleppen per cilinder - gebruikt "MULTIJET"-technologie: d.w.z. dat bij elke cyclus van de motor meer dan de twee gebruikelijke inspuitingen plaatsvinden: er vinden twee voor-inspuitingen plaats (voordat de zuiger BDP bereikt), een hoofd-inspuiting en twee na-inspuitingen.Door deze oplossing worden het brandstofverbruik, de uitstoot van schadelijke stoffen en de geluidsproductie lager en verbeteren de prestaties, dankzij een betere temperatuurregeling in de cilinder, waarbij de maximum waarde wordt verlaagd en de vlamfrontverspreiding optimaal wordt vergroot.Op basis van de signalen die van diverse sensoren afkomstig zijn, stuurt de regeleenheid de actuatoren aan voor het regelen van:het brandstofsysteem;het luchtinlaatsysteem;de voorgloeibougies;het gaspedaal;het motorkoelsysteem;het emissiecontrolesysteem (roetfilter).Om te voldoen aan de recentste milieu-eisen (EURO 4) is de recentste versie van het motormanagement toegepast, dat nieuwe componenten (inspuitventielen, drukregelaar op hogedrukpomp en verdeelleiding, digitale luchtkwantummeter) bevat en is er een roetfilter gemonteerd.Het roetfilter (Diesel Particulate Filter - DPF) is een mechanisch filter in het uitlaatsysteem, dat de roetdeeltjes in het uitlaatgas van de dieselmotor opvangt. Het filter vangt bijna de totale hoeveelheid roetdeeltjes op om te voldoen aan de huidige wettelijke normen.Zie voor meer informatie,Het systeem wordt ook geregeld m.b.v. relais in de zekeringen- en relaiskast in de motorruimte; de voeding van de regeleenheid en de diverse componenten van het systeem (sensoren en actuatoren) worden beschermd door zekeringen in de zekeringen- en relaiskast in de motorruimte.

FUNCTIEBESCHRIJVING - MOTORMANAGEMENT DIESELMOTOREN - Fiat 500 1.3 Multijet

De inspuitregeleenheid M010 regelt en controleert alle functies van de ontsteking en de inspuiting.De regeleenheid M010 wordt rechtstreeks gevoed vanaf de accu op pen 50 van stekker A via zekering F18 in zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001 (pen 5 van stekker B).De voeding vanaf het contactslot (15/54) is aangesloten op pen 23 van stekker A op M010 via zekering F16 in zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001 (pen 12 van stekker B).De pennen 1, 2 en 3 van stekker A op M010 zijn aangesloten op de minklem van de accu A001 (stekker B). Een andere massa-aansluiting C060 is aangesloten op het huis van de inspuitregeleenheid (stekker C).Hoofdrelais T09 in zekeringen- en relaiskast B001 regelt het gehele systeem: de spoel, die direct vanaf de accu wordt gevoed via zekering F18 in B001, wordt bekrachtigd met een massasignaal vanaf pen 80 van stekker A op regeleenheid M010 en het relais levert vervolgens de voeding:aan pen 5 van stekker A op deze regeleenheid (voeding primaire verbruikers) via zekering F17 in B001 (pen 61 van stekker B);aan pen 4 en 6 van stekker A op M010 (voeding inspuitventielen) via zekering F22 van zekeringen- en relaiskast B001 (pen 62 van stekker B);aan pen 5 van stekker B van deze zekeringen- en relaiskast, naar de EGR-magneetklep, de waste-gate-magneetklep L037 en voorgloeiregeleenheid M015 via zekering F11 in B001 (pen 60 van stekker B).Het brandstofpomprelais T17 in B001 wordt direct vanaf de accu gevoed via zekering F21 in zekeringen- en relaiskast B001.De spoel is aangesloten op massa-aansluiting linksvoor C010 via pen 50 van stekker B op B001 en wordt bekrachtigd met een plussignaal vanaf pen 85 van stekker A op regeleenheid M010 en levert een voeding aan brandstofpomp N040.Bij deze auto is geen traagheidsschakelaar aanwezig; in plaats hiervan wordt de "fuel cut off" brandstofonderbreking geregeld door de airbagregeleenheid nadat een botsing is gesignaleerd. De regeleenheid zendt het FPS-signaal (Fire Prevention System), waardoor de inspuitregeleenheid M010 de brandstoftoevoer onderbreekt. Deze situatie wordt bovendien op het instrumentenpaneel E050 aangegeven m.b.v. het "algemene waarschuwingslampje" en een mededeling op het display.Inspuitregeleenheid M010 ontvangt de signalen van de diverse sensoren, zodat alle parameters over de werking van de motor kunnen worden gecontroleerd.De toerentalsensor K046 levert via een wisselspanningssignaal op pen 43 en 59 van stekker B op regeleenheid M010 informatie over het motortoerentalDe fasesensor K047 wordt gevoed vanaf pen 25 van stekker B op regeleenheid M010 en de massa ligt aan pen 21 van stekker B. De sensor levert een wisselspanningssignaal over de motorfase aan pen 56 van stekker B op de regeleenheid.De koelvloeistoftemperatuursensor K036 ontvangt de referentiemassa vanaf pen 29 van stekker B op regeleenheid M010 en levert een temperatuurafhankelijk signaal aan pen 54 van de regeleenheid.De luchtkwantummeter K041 wordt vanaf het contactslot (15/54) gevoed via zekering F87 in zekeringen- en relaiskast B001 (pen 14 van stekker B), ontvangt op pen 27 van stekker B een referentiemassa van regeleenheid M010 en zendt aan pen 14 van stekker B een van de luchthoeveelheid afhankelijk signaal.In K041 is ook een luchttemperatuursensor aangebracht, die een temperatuursignaal zendt aan pen 10 van stekker B op M010.Gaspedaalsensor K055 bestaat uit twee potentiometers (een hoofd- en een beveiligingssensor). De eerste krijgt de voeding en massa respectievelijk vanaf pen 83 en 35 van stekker A op M010 en levert een signaal aan pen 65 van dezelfde stekker. De tweede krijgt de voeding en massa respectievelijk vanaf pen 15 en 32 van stekker A op M010 en levert een signaal aan pen 41 van deze stekker.De in brandstoffilter K101 geintegreerde waterdetectiesensor (stekker A) wordt vanaf het contactslot (15/54) gevoed via zekering F87 in zekeringen- en relaiskast B001, is op massa aangesloten m.b.v. de minklem van de accu A001 (stekker B) en zendt het signaal naar pen 90 van stekker A op regeleenheid M010.De brandstoftemperatuursensor, in brandstoffilter K101 (stekker B), meet de temperatuur van de toegevoerde brandstof. Vanaf pen 61 van stekker A op regeleenheid M010 wordt een referentiemassa ontvangen, terwijl naar pen 13 het brandstoftemperatuursignaal wordt verzonden.De turbodruksensor K082 meet de druk in het spruitstukhuis achter de turbocompressor. Pen 23 van stekker B op regeleenheid M010 levert de voedingsspanning en via pen 24 van deze stekker is de referentiemassa aangesloten. Het druksignaal wordt verzonden naar pen 41 van stekker B op regeleenheid M010.De brandstofdruksensor K083 levert aan de inspuitregeleenheid informatie voor het regelen van de brandstofdruk en de inspuitduur. De voeding en de referentiemassa worden geleverd door pen 8 en 6 van stekker B op inspuitregeleenheid M010, terwijl het signaal wordt geleverd aan pen 38 van deze stekker.De drukregelaar op pomp N077 regelt de hogebrandstofdruk van de pomp; de twee afgeschermde stuursignalen zijn afkomstig van pen 4 en 34 van stekker B op regeleenheid M010.EGR-magneetklep L030 regelt de hoeveelheid uitlaatgas die wordt teruggevoerd; de klep wordt gevoed via zekering F11 in B001 en wordt bediend met een signaal vanaf pen 15 van stekker B op regeleenheid M010.De waste-gate-magneetklep L037 kan de toevoer van uitlaatgas in de turbine beperken: de voeding wordt ontvangen via zekering F11 in B001 en het bedieningssignaal wordt ontvangen vanaf pen 30 van stekker B op M010.Regeleenheid M010 ontvangt, op pen 9 van stekker B, het signaal van de motoroliedruksensor K030.De inspuitregeleenheid M010 opent de afzonderlijke inspuitventielen N070 met signalen vanaf pen 16-47 (cil.1), 17-49 (cil.2), 31-48 (cil.3) en 1-46 (cil.4) van stekker B.De voorgloeiregeleenheid M015 wordt direct op pen 1 van stekker A vanaf de accu gevoed via zekering F81 in zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001 (pen 24 van stekker B) en op pen 3 van stekker B via zekering F11 en ontvangt het stuursignaal vanaf hoofdrelais T09, beide in B001. Pen 1 van stekker B op M015 is aangesloten op de minklem van de accu A001 (stekker B).Regeleenheid M015 wisselt de bedienings- en controlesignalen uit via pen 2 en 5 van stekker B met resp. pen 74 en 70 van stekker A op M010, die ook de tijdregeling regelt.Stekker C van M015 is aangesloten op de voorgloeibougie-unit A040.Pen 81 van stekker A op regeleenheid M010 ontvangt het signaal (normaal geopend) van de schakelaar op rempedaal I030, die gevoed wordt vanaf het contactslot (INT) via zekering F37 in Body Computer M001. Deze laatste ontvangt hetzelfde signaal op pen 27 van stekker B.De Body Computer M001 ontvangt op pen 34 van stekker B het signaal van de (normaal gesloten) schakelaar op rempedaal I030, die gevoed wordt vanaf het contactslot (INT) via zekering F51 in de Body Computer. Deze laatste zendt via het C-CAN de signalen naar de regeleenheid M010.Via pen 22 van stekker A ontvangt regeleenheid M010 het signaal van koppelingspedaalschakelaar I031; deze wordt ook gevoed vanaf het contactslot (INT) via zekering F51 in Body Computer M001 (pen 25 van stekker C).Op pen 94 van stekker A ontvangt regeleenheid M010 het signaal van de achteruitschakelaar I020; deze wordt gevoed via het contactslot (15/54) via zekering F87 in zekeringen- en relaiskast B001.Regeleenheid M010 (pen 40 en 64 van stekker A) is via het C-CAN verbonden met Body computer M001 (pen 45 en 44 van stekker B) en de andere knooppunten van het netwerk; via deze verbinding wordt informatie verzonden voor de werking van de meters en lampjes op instrumentenpaneel E050:meter en lampje "te hoge koelvloeistoftemperatuur";toerenteller;waarschuwingslampje "water in brandstoffilter";"voorgloeicontrolelampje";"oliedrukcontrolelampje";"EOBD-waarschuwingslampje";"algemeen" waarschuwingslampje, dat gaat branden bij een storing van de oliedruksensor of als het FPS (Fire Prevention System) is geactiveerd.Regeleenheid M010 ontvangt via het C-CAN het snelheidssignaal dat door regeleenheid remsysteem M051 wordt geleverd.Bovendien is er een verbinding:vanaf pen 7 en 8 van stekker A voor de regeling van de elektroventilateur voor het motorkoelsysteem;vanaf pen 55 van stekker B met dynamo A010 voor de regeling van het signaal te lage laadstroom / defecte dynamo (D+);vanaf pen 10, 37, 79 en 87 van stekker A voor het inschakelen van de compressor;vanaf pen 11, 14, 33, 49 en 91 van stekker A voor regeling van de sensoren die worden gebruikt bij de roetfilterfunctie.

OPSTELLING VAN COMPONENTEN - MOTORMANAGEMENT DIESELMOTOREN - Fiat 500 1.3 Multijet

MOTORMANAGEMENT DIESELMOTOREN - OPSTELLING VAN COMPONENTEN Fiat 500 1.3 Multijet

Obțineți acces la toate schemele de cablare auto

Code van component	Omschrijving	Zie bewerking
A001	ACCU
A040	VOORGLOEIBOUGIES
B001	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST
C010	MASSA-AANSLUITING LINKSVOOR	-
C015	MASSA OP DASHBOARD BESTUURDERSZIJDE	-
C030	MASSA-AANSLUITING LINKSACHTER	-
C060	MASSA INSPUITREGELEENHEID	-
D004	STEKKER VOOR / MOTOR	-
D006	STEKKER VOOR / ACHTER	-
E050	INSTRUMENTENPANEEL
H001	START-/CONTACTSLOT
I020	SCHAKELAAR VOOR ACHTERUITRIJLICHTEN
I030	REMPEDAALSCHAKELAAR
I031	KOPPELINGSPEDAALSCHAKELAAR
K030	SENSOR (ONDERBREKER) VOOR MOTOROLIEDRUK
K036	KOELVLOEISTOFTEMPERATUURSENSOR/-ZENDER
K041	LUCHTKWANTUMMETER
K046	TOERENTALSENSOR
K047	FASESENSOR
K055	GASPEDAALSENSOR
K082	TURBODRUKSENSOR
K083	BRANDSTOFDRUKSENSOR
K101	BRANDSTOFTEMPERATUUR- EN WATERDETECTIESENSOR IN BRANDSTOFFILTER
L030	EGR-MAGNEETKLEP
L037	MAGNEETKLEP VOOR WASTE-GATE	-
M001	BODY COMPUTER
M010	INSPUITREGELEENHEID
M015	VOORGLOEIREGELEENHEID
N040	ELEKTRISCHE BRANDSTOFPOMP EN TANKVLOTTER
N070	ELEKTRO-INSPUITVENTIEL
N077	BRANDSTOFDRUKREGELAAR