Fiat 500 1.3 Multijet – FAP-SYSTEEM (ROETFILTER) – – ELEKTRISCH SCHEMA, OPSTELLING COMPONENTEN, BESCHRIJVING VAN DE WERKING – ELEKTRISCH SCHEMA, OPSTELLING COMPONENTEN, BESCHRIJVING VAN DE WERKING

ELEKTRISCH SCHEMA - FAP-SYSTEEM (ROETFILTER) - Fiat 500 1.3 Multijet

ROETFILTERSYSTEEM - ELEKTRISCH SCHEMA Fiat 500 1.3 Multijet

Get access to all wiring diagrams of the car

COMPONENTEN - FAP-SYSTEEM (ROETFILTER) - Fiat 500 1.3 Multijet

Code van component	Omschrijving	Zie bewerking
A001	ACCU
B001	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST
C015	MASSA OP DASHBOARD BESTUURDERSZIJDE	-
E050	INSTRUMENTENPANEEL
H001	START-/CONTACTSLOT
K187	FAP-DRUKVERSCHILSENSOR	-
K190	ACHTERSTE TEMPERATUURSENSOR VAN ROETFILTER (DPF)	-
M001	BODY COMPUTER
M010	INSPUITREGELEENHEID

BESCHRIJVING - FAP-SYSTEEM (ROETFILTER) - Fiat 500 1.3 Multijet

Een elektronisch systeem bewaakt en regelt alle parameters van de motor voor optimale prestaties en een laag verbruik door snel te reageren op de verschillende bedrijfsomstandigheden.Om te voldoen aan de meest recente milieu-normen (EURO 4) wordt gebruik gemaakt van de modernste regelelektronica met nieuwe componenten en het DPF-roetfilter.Het roetfilter (Diesel Particulate Filter - DPF) is een mechanisch filter in het uitlaatsysteem, dat de roetdeeltjes in het uitlaatgas van de dieselmotor opvangt. Het filter vangt bijna de totale hoeveelheid roetdeeltjes op om te voldoen aan de huidige wettelijke normen.De regeneratie wordt automatisch geregeld door de inspuitregeleenheid afhankelijk van de door de betreffende sensoren geleverde informatie en vindt plaats als aan de volgende bedrijfsomstandigheden wordt voldaan: snelheid hoger dan 40 km/h gedurende ten minste 15 minuten en belasting met roetdeeltjes onder 200%.767Tijdens het normale gebruik van de auto registreert de inspuitregeleenheid een aantal gegevens met betrekking tot het gebruik (gebruiksduur, type traject, bereikte temperatuur enz.) en berekent de hoeveelheid verzameld roet in het filter.Het filter verzamelt de roetdeeltjes en moet daarom periodiek worden geregenereerd (schoongemaakt) door de roetdeeltjes te verbranden.Tijdens de regeneratie kunnen de volgende omstandigheden optreden: beperkte toerentalverhoging, inschakelen van de elektroventilateur, beperkte toename van de rook uit de uitlaat en een hogere temperatuur bij de uitlaat. Dit zijn geen storingen en deze situatie heeft geen invloed op het normale gedrag van de auto en het milieu.Het systeem gebruikt drie lampjes op het instrumentenpaneel om de hoeveelheid roet in het filter en de werking van het systeem aan te geven.Het lampje "verstopt filter" schakelt in na een aantal "mislukte" regeneratiepogingen, d.w.z. dat de rijstijl op dat moment de automatische uitvoering verhindert.Het EOBD-lampje gaat branden als de opslagdrempel van 250% is overschreden, waarbij de betreffende storingen in het geheugen van de inspuitregeleenheid worden opgeslagen.Als het lampje "verstopt filter" niet dooft of als het EOBD-lampje brandt, dan moet de regeneratie worden geforceerd m.b.v. diagnose-apparatuur (Examiner).Tijdens de regeneratie van het filter kan door "spoeling" van roet de motorolie worden verontreinigd.Om deze reden gaat bij motoren met DPF roetfilter ook het waarschuwingslampje "te lage motoroliedruk" knipperen en verschijnt er de melding "Laat motorolie verversen" op het display, als het systeem een bepaalde daling van de motoroliekwaliteit registreert, waardoor verversing is vereist, voordat het interval van het onderhoudsschema is bereikt (eveneens geregeld door het instrumentenpaneel - "Service"-functie).Het kwaliteitsverlies van de olie wordt niet gemeten door een bepaalde sensor, maar wordt berekend door een algoritme in de inspuitregeleenheid op basis van: het aantal regeneraties van het DPF, de kilometerstand (of mijlenstand), het aantal starts van de motor, het aantal koude starts, de gemiddelde olietemperatuur enz.Met twee speciale sensoren wordt de inspuitregeleenheid geinformeerd over het ophopen van de deeltjes:de drukverschilsensor meet voortdurend het drukverschil tussen de ingang en de uitgang van het roetfilter: hierdoor kan bepaald worden in welke mate het filter verstopt is;met de temperatuursensor achter de katalysator, tussen de katalysator en het roetfilter, kan de inspuitregeleenheid de uitlaatgastemperatuur na de katalysator controleren en daardoor de temperatuurverhoging die het gevolg is van de katalytische verbranding.Voor meer informatie,Het systeem wordt geregeld m.b.v. relais in de zekeringen- en relaiskast in de motorruimte; de voeding van de inspuitregeleenheid en de diverse componenten van het systeem (sensoren en actuatoren) worden beschermd door zekeringen in de zekeringen- en relaiskast in de motorruimte.

FUNCTIEBESCHRIJVING - FAP-SYSTEEM (ROETFILTER) - Fiat 500 1.3 Multijet

Regeleenheid voor het motormanagementsysteem M010 regelt en controleert alle parameters van de inspuiting en de ontbranding en dus ook van het roetfilter.De directe voeding vanaf de accu is aangesloten op pen 50 van stekker A op M010 via zekering F18 in zekeringen- en relaiskast in de motorruimte B001 (pen 5 van stekker B). De voeding vanaf het contactslot (15/54) is aangesloten op pen 23 van stekker A op M010 via zekering F16 in zekeringen- en relaiskast B001 (pen 12 van stekker B).Hoofdrelais T09 in zekeringen- en relaiskast B001 regelt het gehele systeem: de spoel wordt gevoed via zekering F18 in B001, wordt bekrachtigd met een massasignaal vanaf pen 80 van stekker A op regeleenheid M010 en het relais levert vervolgens de voeding:aan pen 5 van stekker A op de regeleenheid via zekering F17 in B001;aan pen 4 en 6 van stekker A op de regeleenheid via zekering F22 in B001.Inspuitregeleenheid M010 ontvangt de signalen van de sensoren, waardoor alle parameters van de motorwerking kunnen worden gecontroleerd; voor de werking van het roetfilter zijn er twee speciale sensoren aanwezig:drukverschilsensor K187 ontvangt de voeding van regeleenheid M010 vanaf pen 14 van stekker A en een referentiemassa vanaf pen 33 van stekker A en zendt een drukafhankelijk signaal naar pen 49 van stekker A op M010.de temperatuursensor achter de katalysator K190 ontvangt een referentiemassasignaal van pen 11 van stekker A op regeleenheid M010 en verstuurt een van de temperatuur afhankelijk signaal naar pen 91 van stekker A op M010.Regeleenheid M010 (pen 64 en 40 van stekker A) is via het C-CAN verbonden met Body Computer M001 (pen 44 en 45 van stekker B); via de gateway levert de Body Computer M001 de informatie via het B-CAN aan het instrumentenpaneel E050, dat vervolgens het lampje "verstopt roetfilter" en "te lage motoroliedruk" laat knipperen en het lampje "storing in EOBD" laat branden en de bij de functie behorende mededelingen op het display weergeeft.

OPSTELLING VAN COMPONENTEN - FAP-SYSTEEM (ROETFILTER) - Fiat 500 1.3 Multijet

ROETFILTERSYSTEEM - OPSTELLING VAN COMPONENTEN Fiat 500 1.3 Multijet

Get access to all wiring diagrams of the car

Code van component	Omschrijving	Zie bewerking
A001	ACCU
B001	ZEKERINGEN- EN RELAISKAST
C015	MASSA OP DASHBOARD BESTUURDERSZIJDE	-
E050	INSTRUMENTENPANEEL
H001	START-/CONTACTSLOT
K187	FAP-DRUKVERSCHILSENSOR	-
K190	ACHTERSTE TEMPERATUURSENSOR VAN ROETFILTER (DPF)	-
M001	BODY COMPUTER
M010	INSPUITREGELEENHEID